Klein onderhoud.

Voor het uitvoeren van het preventief onderhoud of de smeerbeurt geeft de fabrikant meestal een kilometeraantal of een termijn aan.



In dit voorbeeld zie je 30000km of een termijn van twee jaar, indien je niet aan dit km aantal komt gedurende deze twee jaar. Let erop dat deze gegeven pas juist zijn als je de door de fabrikant voorgeschreven olie gebruikt.  Hier zien we ook dat bij het vervangen van de olie het oliefilter en de interieur filter mee moeten worden vervangen.

Bij dit voertuig schrijft de fabrikant deze olie voor:



Omgevormd naar universeel is dit SAE 5w30 full synthetisch voor DPF (met diesel partikel filter).
Als je olie aankoopt bij een car-parts dealer online of op locatie zorg dan dat je de juiste gegevens van het voertuig bij de hand  hebt (chasisnr., jaartal, brandstoftype en motorinhoud) zij zullen dit steeds opzoeken en je de juiste olie overhandigen.
Merk is niet echt van belang alhoewel iedereen zijn eigen voorkeur heeft. Toch zou ik mij niet wagen aan producten van buiten de EU, wegens vaak onbetrouwbare kwaliteit.

Wat staat op de verpakking?

Voorbeeld Rn0720 = SAE 5W-30 ACEA C4

De gebruikte classificatie is de SAE ( Society of Automotieve Engeneers)  5w30
 5w30 gaat over de viscositeit of de dun vloeibaarheid (stroperigheid) van de olie.
In dit voorbeeld komt de viscositeit bij temperaturen onder 0°C overeen met een viscositeit van SAE5W en bij temperaturen boven de 0°C met een viscositeit van SAE30.
ACEA (Association des Constructeurs Européens d'Automobiles) heeft een viertal verschillende motorolietypen.
  • De A-reeks: bedoeld voor benzine en lpg motoren.
  • De B-reeks: bedoeld voor dieselmotoren voor personenwagens en lichte bedrijfsvoertuigen.
  • De C-reeks: bedoeld voor motoren die uitgerust zijn met uitlaatgasnabehandelingssystemen (katalysatoren, dieselpartikelfilter).
  • De E-reeks bedoeld voor bedrijfsvoertuigen en zware machines (motortoerental tot 2500rpm).

Wat doen we tijdens de kleine onderhoudsbeurt zoal.
  1. De verlichting controleren. (branden alle lampen?)
  2. Ruitenwisser controleren. (laten ze stukken over of strepen achter dienen ze vervangen te worden) vergeet de achterste ruitenwisser niet.
  3. Olie en filter vervangen. (na vervanging, motor laten draaien en dan oliepeil controleren). Als je het filter vervangt moet deze eerst nog gevuld worden en dan pas kun je het niveau controleren. Het oliepeil moet tussen minimum en maximum staan.
  4. Banden en bandenspanning controleren en aanpassen, reservewiel niet vergeten.
  5. Remmen controleren op zicht zonder de wielen te demonteren.
  6. Remvloeistof controleren zolang ze niet onder het minimum is gezakt is alles in orde. Niet bijvullen tot maximum, bij het vervangen van remblokken zul je de overtollige remvloeistof terug uit het potje duwen.
  7. Accu controleren en bijvullen met gedistilleerd water. Bij onderhoudsvrije batterijen is er dikwijls een venstertje die de staat van het elektrolyt aangeeft.